Een veel gehoorde klacht over het zelf trimmen van eigen paarden is dat het vermoeiend is en pijnlijk kan zijn. In dit artikel 10 tips om te trimmen met ‘behoud van eigen lijf’.

1) Je eigen houding en positie
Het is belangrijk tijdens het trimmen dat je je rug niet meer belast dan nodig is. Je houding tijdens trimmen is te vergelijken met het optillen van bijvoorbeeld een zware doos: Hou je rug los en zet je knieën niet op slot. Laat je hamstrings en bilspieren het zware werk doen.

Als je voelt dat je benen en billen vermoeid raken of gaan branden zet je de hoef even neer en neem je een mini pauze. Hou de pauzes zo kort dat het paard zijn aandacht niet verliest.

2) Beschermende kleding
Trim nooit zonder handschoenen. Ik heb mensen hun vingers zien openhalen terwijl ze alleen een nieuwe vijl uit de verpakking trokken. Stop een paar pleisters in je trimkoffer voor het geval dat…
Draag beschermende kleding zoals leren chaps of een bekapschort. Draag stevige leren schoenen of schoenen met stalen neuzen. Als een paard per ongeluk op je voet staat of valt zul je blij zijn dat je geen sandalen droeg.

Als ik met korte mouwen trim, draag ik leren armbeschermers met klittenband. De een is handig tegen uitschieten met het mes, de ander beschermt de achterkant van de onderarm tegen schaven aan de hoef zelf.
Je kunt ze op maat laten maken bij Anke van Zuijlen van Dumfries Leather.

3) Goed gereedschap = het halve werk
Investeer geregeld in een goede kwaliteit nieuwe vijl. Maak de vijl schoon en droog na gebruik en bewaar het liever binnen dan op stal of in de auto. Vochtige lucht maakt je vijl roestig en daardoor sneller bot.
Koop een set goede messen. Goedkoop is echt duurkoop als het om hoefmessen gaat. Hou je messen scherp en slijp ze vaak. Hoe scherper het mes hoe minder de kans dat je uitschiet, maar als je uitschiet is de schade groter.
Ik gebruik zelf de kniptang liever niet vaker dan 1x: Bij de eerste trim van een nieuw paard. Daarna probeer ik ze zo geregeld te onderhouden dat de tang niet meer nodig is. Heb je door omstandigheden toch veel materiaal om weg te halen knip dit dan liever dan dat je eindeloos staat te vijlen. Daar word je moe van en je vijl sneller bot.
Vijl niet over steentjes in de hoefwand of witte lijn maar verwijder ze met een hoevenkrabber of mes. Steentjes maken je vijl snel bot.

4) Meewerkende paarden
Leer het paard makkelijk zijn hoeven te geven. (Leer je paard supergoed hoeven geven). Laat het paard zelf zijn voet dragen door hem niets te geven om op te leunen, net zoals je hem ook niet op je hand zou laten leunen tijdens het rijden.
Maak met je paard de overeenkomst dat hij altijd zijn voet terug mag maar dat hij er netjes om moet vragen. Als hij zijn voet lostrekt betekent dit maar één ding: Jij was te laat met teruggeven.
Creëer beloonmomenten en geen wederzijdse irritatie. Stel je dienstbaar op want je verleent een service aan het paard, en daarbij heeft het paard altijd gelijk…
Hou het been van het paard niet tussen je benen. Dit is zowel voor jezelf als voor het paard gevaarlijk en daarbij ben je bijna altijd te laat met het teruggeven van de voet.
Maak het gezellig en vindt uit onder wat voor omstandigheden het paard het beste meewerkt: vastgebonden of los, etend of niet, voor of na het rijden, met gezelschap of juist alleen.
Trim alleen als je de tijd hebt en de rust in jezelf.
Trimmen doe je samen met je paard. Hou altijd een open communicatie. Persoonlijk trim ik het liefst met het paard los, zonder afleiding of drukte of andere mensen om ons heen.

5) Trim vaker kleinere beetjes
In het wild is elke stap is een microtrim. Beter om kleine beetjes te trimmen dan de hoef lange tijd te laten groeien en groot onderhoud te laten ontstaan. Elke dag de vijl één keer heen en weer halen is ook trimmen!
Herken de tendens van de vervorming. Als je paard altijd de neiging heeft tot lange tenen of hoge hielen kun je tussendoor de plekken waar hij het meeste onderhoud nodig heeft ‘even snel’ bijwerken. Hetzelfde geldt voor steunsels. Trim in elk geval voordat de hoornpijpjes gaan ombuigen (flare) of in een verkeerde richting gaan groeien.

6) Stretch!

Zwaar werk maakt spieren korter. Na afloop van het trimmen is het goed om te stretchen. Een simpele stretchoefening voor borstspieren biceps kun je doen door met twee handen aan een deurknop te gaan hangen. Een andere goede stretch voor je bovenlichaam is je armen omhoog te strekken en jezelf zo lang mogelijk te maken.

Als je last krijgt van je onderrug tijdens het trimmen kun je een makkelijke kniel oefening doen om de psoas spier stretchen, de eerste oefening in deze video. De tweede, liggende rug stretch oefening kun je doen als je weer thuis bent gekomen.

Trim je professioneel of krijg je veel last van je rug, schouders, stijfheid of spierpijn is het een goed idee om aan yoga te gaan doen. Astanga yoga maakt je soepel en sterk. Zelfs als je slechts een paar sun salutations doet na het trimmen blijven je rug en schouders soepeler.

7) Tips voor lichter werk
Hulpmiddelen die je kunt gebruiken om je werk lichter te maken zijn bijvoorbeeld de hoofjack. Leer je paard zelf zijn voet in het ‘hangmatje’ te houden.
Werk op een schoon en droog oppervlak en hou een bezem en mestschep bij de hand zodat je niet steeds de hoeven weer hoeft schoon te maken.
Trim je grotere paarden overweeg dan eens om elektrisch te gaan trimmen
Een hulpmiddel dat ik niet zou aanraden is werken met een paard in een travail. Het is niet echt leuk voor het paard en je kunt je werk niet goed beoordelen.

8) Maak je niet moeier dan nodig is
Als je paard braaf is kun je er ook bij gaan zitten op een krukje of kratje.
Je hoeft ook niet alle 4 hoeven in één keer te doen. Je kunt ook de ene dag twee voorhoeven doen en een andere dag twee achterhoeven.
Als je in de loop van de tijd handiger wordt met het gereedschap zul je ook minder snel moe  worden. Oefen anders eens met mes en vijl op een stuk hout.
Laat de vijl het werk voor je doen. Je hoeft niet heel veel kracht te zetten: Langere halen = sneller klaar.

9) Schimmels zijn giftig
Waar je extra moe van wordt zijn de sporen van de zwarte schimmels die zich vaak onderop de hoeven en in de straal en straalgroeven bevinden. Deze schimmels zijn giftig en kunnen vermoeidheid veroorzaken. Werk je met hoeven die veel schimmels en bacteriën huisvesten was dan na afloop heel goed je handen en gezicht. Je zult merken dat je dan veel minder moe zal zijn later op de dag. Ook een goed idee natuurlijk om rotstraal en andere ziekte te bestrijden zodra dat nodig is zodat je tijdens het trimmen niet met grote hoeveelheden van deze ziekmakers in aanraking komt.

10) Vaker rijden = minder trimmen
De laatste tip: Rij meer buiten zodat het paard meer natuurlijke slijtage zal ondervinden. Hou wel vooral de teenlengte en hielhoogte in de gaten en help je paard met eventuele scheve slijtage door de plekken bij te werken die hij zelf minder afslijt. Zeker bij de zwaardere rassen zal dit vaak de mediale kant (binnenkant) zijn van de achterhoeven.